Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En na dezen [28]bouwde hij den buitenmuur aan de stad Davids, aan de westzijde van [29]Gihon in het dal, en tot den ingang van de [30]Vispoort, en omsingelde [31]Ofel, en verhief [32]dien zeer; hij legde ook krijgsoversten in alle vaste steden in Juda. 28. Dat is, volbouwde den muur, dien Hizkia begonnen had, boven, hfdst.32 vs.5, of beterde en vermaakte den muur, die misschien enige schade geleden had. 29. Zie 1 Kon.1:33, en boven, hfdst.32 vs.4,30. 30. Zie Neh.3:3. 31. Zie boven, hfdst.27 vs.3. 32. Te weten, muur.